Nieuwsbrief april 2021

Konijnen koppelen

Konijnen zijn groepsdieren. Dat wil echter niet zeggen dat ze zomaar met elk ander konijn kunnen opschieten. In deze brief zullen we u hierover wat meer informatie verschaffen.

Waarom meer dan één konijn?

Konijnen leven in de natuur in groepen. Ook als huisdier hebben ze heel graag gezelchap van een soortgenoot. Konijnen vinden het fijn om tegen elkaar aan te liggen. Voor buitenkonijnen is dit ook een manier om warm te blijven. Konijnen wassen elkaar op plekken die moeilijk bereikbaar zijn, zoals de ooraanzet en de oogjes. Konijnen spelen en rennen samen en houden elkaar op die manier actief. Dat is goed voor hun gezondheid omdat het bijvoorbeeld helpt de darmwerking te stimuleren en botten en spieren sterk te maken. Konijnen vinden ook steun bij elkaar als ze bang of ziek zijn. Een wat angstig konijn kan zich erg optrekken aan een maatje dat dapperder is.

Is aandacht van de mens niet voldoende?

Konijnen die goed aan mensen gewend zijn, kunnen het heerlijk vinden om veel aandacht te krijgen en geaaid te worden. Vaak wordt gedacht dat het konijn daar voldoende aan heeft en geen behoefte zal hebben aan een soortgenoot. Een mens kan echter nooit een ander konijn vervangen. Alleen met een soortgenoot kan een konijn zijn natuurlijke gedrag uitvoeren en in konijnentaal communiceren.

Het is niet gezegd dat een konijn in zijn eentje per definitie ongelukkig is, want als het echt veel aandacht krijgt, veel rond mag lopen en regelmatig nieuw speelgoed krijgt, kan een konijn best tevreden zijn en het goed doen. Toch kan een soortgenoot nog heel wat toevoegen. Mensen die eerst een konijn hadden en er toen een ander konijn bij hebben genomen, zien vaak dat het konijn levendiger is en geniet van het onderling contact. Veel stelletjes die goed matchen zijn behoorlijk 'klef' en liggen veel tegen elkaar aan of zelfs over elkaar heen. Zoiets kun je een konijn als mens nooit geven.

Buitenkonijn

Een konijn dat buiten leeft, hoort absoluut niet alleen te zitten. Een buitenkonijn krijgt minder aandacht omdat ons leven zich toch vooral binnen afspeelt. In de herfst en winter beperkt het contact met zijn eigenaar zich meestal tot één of twee keer per dag voeren, misschien even aaien, maar de rest van de tijd zit het dier alleen. Voor een sociaal dier als het konijn is dat niet diervriendelijk.

Wil elk konijn er een konijn bij?

Bijna elk konijn heeft het meer naar zijn zin met een ander konijn erbij. Maar er zijn konijnen waarbij het niet lukt om een goede koppeling te maken. Hoe dat komt, is niet duidelijk, maar het zou kunnen dat ze bijvoorbeeld vanaf heel jonge leeftijd geen contact meer hebben gehad met andere konijnen en daardoor niet goed weten hoe ze met andere konijnen moeten omgaan. Het kan ook dat zij slechte ervaringen hebben gehad met andere konijnen, bijvoorbeeld doordat ze bij een konijn of een groep zijn gezet en steeds aangevallen zijn.
Meestal is er, na wat langer zoeken, toch wel een goede partner te vinden, maar bij een enkeling lukt dit niet. Voor die paar konijnen bij wie het echt niet lukt, is het beter om alleen te blijven. Uiteraard hebben ze dan wel extra veel behoefte aan menselijke aandacht (mits ze goed aan mensen gewend zijn)!

Wat zijn goede combinaties?

Een geslaagde match draait om de goede combinatie. Maar welke combinaties zijn aan te raden en welke geven minder kans op slagen?

Man - Vrouw
De beste combinatie is een ram (mannetje) met een voedster (vrouwtje). Dit gaat in veel gevallen goed. Natuurlijk moet er dan wel voor gezorgd worden dat de dieren zich niet kunnen voortplanten. In elk geval moet het mannetje gecastreerd worden. Vaak is het ook verstandig om het vrouwtje te laten castreren. Dat heeft voordelen voor haar gezondheid, want voedsters krijgen op latere leeftijd vaak baarmoederkanker. Maar ook wat gedrag betreft kan het verschil maken. Een ongecastreerde voedster kan schijnzwanger worden. Dan krijgt ze last van haar hormonen en kan ze prikkelbaar en knorrig zijn. Dat komt de relatie met het mannetje, maar ook die met de eigenaar, niet ten goede. Ook kunnen ongecastreerde vrouwtjes meer de neiging hebben om te sproeien dan gecastreerde vrouwtjes.

Is het vrouwtje al gecastreerd, maar het mannetje nog niet? Laat hem dan toch castreren. Anders zal hij steeds op het vrouwtje willen rijden en haar lastig blijven vallen.

Vrouw - Vrouw
Een veel gehoord advies is om twee vrouwtjes te nemen. Dat kan goed gaan, maar het hoeft zeker niet! Vrouwtjes kunnen met elkaar gaan vechten omdat ze territoriaal zijn en omdat hun hormonen kunnen opspelen. Dat kan ook gebeuren bij twee zusjes uit een nest die jong zijn aangeschaft. Eerst lijkt het dan alsof ze het goed met elkaar kunnen vinden, maar op het moment dat ze volwassen worden en hun hormonen gaan werken, kunnen ze flink met elkaar gaan vechten en moeten ze soms alsnog uit elkaar worden gehaald. Tussen twee volwassen vrouwtjes die al aan elkaar gewend zijn blijft het meestal wel goed gaan, zeker als ze genoeg ruimte hebben en als ze gecastreerd zijn.

Man - Man
Twee rammen bij elkaar gaat meestal niet goed. Onder invloed van hun hormonen zullen ze met elkaar vechten. Maar ook na een castratie vormen twee mannen vaak geen goede combinatie. Toch komt het wel voor dat twee mannetje goed samengaan en aan elkaar gehecht zijn. Twee broertjes die altijd bij elkaar zijn geweest en gecastreerd zijn, kunnen soms goed samenleven, en ook andere combinaties zijn wel eens mogelijk. Maar als u een nieuwe combinatie gaat maken, is het af te raden dit met twee rammen te proberen. Ook bij bestaande combinaties die goed lijken te gaan, moet men ervoor zorgen dat er voldoende ruimte is. Laat er ook geen andere konijnen bij en zorg dat er geen vrouwtje in de buurt komt: het evenwicht kan verstoord worden.

Een konijn en een cavia?

Soms wordt wel gezegd dat een konijn en een cavia prima bij elkaar kunnen worden gezet en zo gezelschap aan elkaar hebben. In sommige gevallen gaat dat goed, maar in veel gevallen niet. Cavia's en konijnen zijn verschillende soorten die op verschillende manier communiceren. Ze begrijpen elkaar daarom niet goed. Een cavia zal bijvoorbeeld piepen van enthousiasme als hij de koelkast hoort. Voor een konijn is het maken van hoge geluiden iets dat ze alleen in doodangst of pijn doen. Alleen al vanwege het verschil in communicatie is een cavia voor een konijn geen vervangen van een soortgenoot.

Bovendien komt het regelmatig voor dat de cavia door het konijn wordt lastig gevallen, besprongen, verwond of opgejaagd. Een trap van een konijn kan voor de cavia fatale gevolgen hebben.

Een laatste reden om deze dieren niet bij elkaar te zetten is dat konijnen vaak de Bordetella bacterie bij zich dragen. Deze bacterie geeft bij het konijn zelf vaak geen verschijnelen, maar kan bij de cavia een dodelijke longontsteking veroorzaken.

Het koppelproces

Voorbereiden

Plaats
Om twee konijnen te laten kennismaken heeft u een neutrale ruimte nodig. Dat is een ruimte waar geen van beide konijnen eerder geweest is, en die dus geen territorium is van een van beide. Als de ruimte te klein is, worden ze te veel naar elkaar toe gedwongen waardoor ze veel stress kunnen hebben, maar als de ruimte erg groot is zullen ze elkaar misschien blijven ontlopen en komt er niets van kennismaken.

Als koppelruimte kunt u bijvoorbeeld een badkamer, hal of andere ruimte in huis gebruiken die de konijnen niet kennen. U kunt ook een deel van een kamer afzetten met een losse ren, of voor buitenkonijnen een deel van uw tuin of terras. Pas op dat er geen hoekjes zijn waar de konijnen in kunnen kruipen, of waar het ene konijn het andere konijn in een hoek kan drijven zodat hij niet meer weg kan. Gebruikt nooit een afgesloten hok voor het koppelen, want daar kunt u niet snel bij als het fout mocht gaan.

Tijdens het koppelproces kunt u de konijnen niet zonder toezicht bij elkaar laten zitten. Ze zullen dus beide een eigen verblijf nodig hebben. U heeft dan twee kooien nodig. Soms kunt u bij een opvang een kooi lenen. U kunt ook het konijnenverblijf in twee delen scheiden, bijvoorbeeld met gaas. Let dan wel op dat de konijnen elkaar niet door het gaas heen kunnen bijten. Zeker als uw eigen konijn een vrouwtje is, kan het beter werken om een tijdelijk verblijf te maken dat u kunt opsplitsen, op een andere plek dan haar gebruikelijke plek. Vrouwtjes verdedigen hun territorium vaak sterk en kunnen agressief reageren als er ineens een ander konijn pal naast haar deel van het vertrouwde verblijf komt te wonen.

Het is prettig voor de konijnen als ze ook even uit elkaars zicht kunnen gaan zitten zodat ze rust hebben. Door een stuk karton half tussen de hokken te schuiven of een stukje hardboard aan het gaas vast te zetten, maakt u een gedeeltelijke afscheiding.

Het definitieve verblijf van de twee konijnen moet natuurlijk wel groot genoeg zijn. Ze moeten er in kunnen liggen, lopen, rechtop staan en er moet genoeg plek zijn om beide konijnen een eigen schuilplaatsje te geven. Als twee konijnen in een te kleine ruimte moeten samenleven, kunnen er problemen ontstaan.

Benodigdheden
Voor u de konijnen bij elkaar gaat zetten, heeft u een aantal dingen nodig. Zorg ervoor dat in de koppelruimte minstens één kartonnen doos of iets dergelijks staat waardoor de dieren uit elkaars zicht kunnen gaan zitten als zij even het directe contact willen vermijden. Zet ook een of meer bakjes hooi neer of leg hooi op de grond. Zo kunnen de konijnen wat eten, als afleiding, en samen eten helpt de koppeling. Gebruikt uw konijn een toilet-bak, zet dan een schone toiletbak in de ruimte.

Ook moet u ervoor zorgen dat u in kunt grijpen als de konijnen te fel zijn of gaan vechten. Zorg voor een schone plantenspuit met vers water om de konijnen nat te kunnen spuiten, en een oude handdoeken en dikke (werk- of oven-) handschoenen zodat u de dieren uit elkaar kunt halen als ze onverhoopt gaan vechten. Konijnen kunnen enorm fel vechten en kijken dan niet meer waar zij in bijten!

Wat lekkers, zoals een paar brokjes, een stukje groen of stukje wortel (als de konijnen hier aan gewend zijn!) kan helpen bij het afleiden of om te zorgen dat de konijnen elkaars aanwezigheid leuk vinden.

De eerste, verkennende ontmoeting

Als u uw konijn heeft meegenomen naar een opvang of ander aanschafadres om een partner uit te zoeken, vindt daar de eerste ontmoeting plaats. Daarbij worden beide konijnen samen in de koppelruimte gezet. De bedoeling is om te zien of de dieren bij elkaar zouden kunnen passen. Nu moet u goed opletten hoe de dieren op elkaar reageren.

Nalopen en rijden

Vaak zullen de konijnen eerst het terrein verkennen en rondsnuffelen, tot ze merken dat er nog een konijn is. Meestal zal dan een van beide konijnen naar de ander toe gaan, proberen ze aan elkaar te snuffelen, rennen ze achter elkaar aan en proberen ze op elkaar te rijden. Het rijden gebeurt om vast te stellen wie er de baas is en kan dus net zo goed door het vrouwtje als door het mannetje gedaan worden.

Het konijn dat bereden wordt kan stil blijven zitten en wachten tot de ander stopt, en dan eventueel weer weglopen. Het is ook mogelijk dat het konijn niet bereden wil worden en zelf de baas wil zijn. Dan probeert hij/zij weg te komen, zich om te draaien en de ander te berijden. Soms gaan de konijnen daarbij om elkaar heen cirkelen, ook wel 'vlinderen' genoemd. Als dat fel gebeurt en één van beide niet snel stopt, kan het uitlopen op vechten. Ze proberen dan in feite allebei de baas te zijn en de ander te beletten om hem/haar te berijden. Pas dan op dat dit niet op vechten uitloopt.

Er zullen tijdens de kennismaking soms plukken haar worden losgetrokken en soms zullen de konijnen kort naar elkaar bijten. Dat is op zich niet erg en hoort bij de communicatie, zo lang er geen wonden ontstaan.

Ingrijpen

Let op dat de dieren elkaar niet echt verwonden. Grijp echter niet te snel in, want ze zullen onderling moeten uitmaken wie er de baas is en elkaar moeten aftasten. Als u ze steeds uit elkaar haalt, moeten ze steeds opnieuw beginnen. Als het te wild naar uw zin wordt, kunt u de dieren wel proberen af te leiden met iets lekkers of door een geluid te maken. Eventueel kunt u hen voorzichtig wat uit elkaar duwen, maar gebruik daarbij, zeker als het er fel aan toe gaat, wel uw handschoen. Als een van beide te fel achter de ander aan gaat, kunt u eventueel de plantenspuit gebruiken om het konijn nat te spuiten. Meestal zal het dier dan stoppen om zich te wassen.

Een ander moment om in te grijpen is als een konijn op de kop van het andere konijn rijdt, omdat het onderste konijn dan kan bijten. Duw het rijdende konijn er even af of duw hem naar de achterkant.

Dreigen de konijnen te gaan vechten en willen ze met hun oren naar achteren en hun staart omhoog op elkaar af, haal ze dan uit elkaar.

Goede signalen

Af en toe zullen de konijnen even bij elkaar vandaan gaan, bijvoorbeeld om zich te wassen of wat te eten. Dat is een goed teken. Ook als ze elk aan een kant van de ren zitten en niet naar elkaar omkijken is dat een gunstig signaal. Het betekent dat ze elkaar voldoende vertrouwen om niet steeds naar elkaar te hoeven kijken. Dat geldt ook voor languit gaan liggen. Samen hooi of iets anders eten is ook erg positief en zorgt er bovendien voor dat ze een prettig gevoel krijgen bij het samen zijn.

Als een van beide konijnen de ander gaat likken, is dat een erg goed teken. Bij konijnen is het zo dat het konijn dat de baas is, het meest gewassen wordt door de ander. Degene die zijn kop onder die van de ander duwt om gewassen te worden, maakt de dienst uit. Als een van beide de ander wil likken, is dat een konijn dat zich gemakkelijk schikt en is de rangorde al snel bepaald.

Vechten en agressie

Het is ook mogelijk dat een van beide konijnen de ander aanvalt. Aan de houding is te zien dat het om agressie gaat: het konijn houdt zijn staart in de lucht, zijn oren naar achteren en schiet met zijn kop laag op de ander af om hem gericht te bijten. Dat is een slecht teken, het koppelen zal zo niet gaan lukken. Haal de konijnen uit elkaar en pas op dat u niet gebeten wordt. Heeft u de keuze uit meerdere partners, probeer dan (na even tot rust komen) een ander konijn. Heeft u geen keuze en wilt u het toch met dit konijn proberen, dan zult u de konijnen eerst heel langzaam aan elkaar moeten laten wennen. Dan nog is niet te voorspellen of het uiteindelijk gaat lukken en het zal u veel geduld kosten.

Koppelen zonder verkennende ontmoeting

In sommige gevallen heeft u misschien niet de mogelijkheid om eerst een ontmoeting te regelen om te zien of de combinatie een kans heeft, of kan het nieuwe konijn niet worden teruggebracht als de koppeling echt niet lukt. In dat geval moet u de eerste ontmoeting bij u thuis doen.

Als u het nieuwe konijn niet terug kunt brengen, begin er dan mee het dier een aantal dagen te laten wennen aan u en de omgeving voor u de dieren laat ontmoeten. U leert het nieuwe konijn dan ook meteen kennen.

Terug naar het uiteindelijke konijnenverblijf

Als de koppeling goed geslaagd is, de konijnen het goed met elkaar kunnen vinden, ze elkaar wassen en samen liggen en eten en er geen vechten, najagen en steeds rijden optreedt, kunnen ze in het eigenlijke konijnenverblijf worden gezet. Zorg er wel voor dat u dit verblijf eerst heel goed schoonmaakt! Vervang eventuele bodembedekking zoals tapijt en neem alles af met water en azijn. Zo haalt u zo goed mogelijk de lucht van uw eerste konijn, de voormalige eigenaar, weg.

Blijf er ook nu weer een flinke tijd bij zodat u kunt zien of het gedrag in het konijnenverblijf niet veranderd en er geen ruzies ontstaan. Soms moeten ze op het nieuwe terrein weer even uitmaken wie er de baas is. Zo lang het geen vechten wordt, is dat niet erg, maar blijft wel opletten.

Contactinformatie praktijk

Dierenkliniek de Postwagen Venlo

Terug
  • Ma
    08.45 - 13.00 uur 13.30 - 18:00 uur
  • Di
    08.45 - 13.00 uur 13.30 - 18:00 uur
  • Wo
    08.45 - 13.00 uur 13.30 - 18:00 uur
  • Do
    08.45 - 13.00 uur 13.30 - 18:00 uur
  • Vrij
    08.45 - 13.00 uur 13.30 - 18:00 uur
  • Za
    Gesloten
  • Zo
    Gesloten
Terug

Vind ons hier:

Herungerweg 172 5913 HD Venlo Wij werken op afspraak Pauze van 13:00 - 13:30 uur
ontvang een routebeschrijving via Google Maps